FilmMagie-logo-white

Vertigo

(1958 – 1996,
USA)
(1958 – 1996,
USA)
6 oktober 1998

Regisseur

Alfred Hitchcock

Producer

Scenario

Samuel Taylor, gebaseerd op de roman D’entre les morts van Pierre Boileau en Thomas Narcejac

Acteurs

James Stewart — Kim Novak — Barbara Bel Geddes

Cinematografie

Restauratie: Robert A. Harris en James C. Katz

Montage

Muziek

Bernard Herrmann

Prijzen

Filmduur

127 min

Synopsis

John ‘Scottie’ Ferguson, een bekwaam rechercheur, heeft zijn speurwerk moeten stopzetten omdat zijn hoogtevrees de dodelijke val van een collega veroorzaakte.  Een van zijn vrienden roept echter zijn hulp in omwille van de zelfmoordneigingen van zijn vrouw, Madeleine.

Scottie kan tot zijn grote frustratie niet beletten dat het noodlot opnieuw toeslaat.  Later ontmoet hij Judy, die sprekend op Madeleine gelijkt.  Scottie is er hoe langer hoe meer van overtuigd dat Judy de dode Madeleine is.

Regie en techniek

Alfred Hitchcock bevond zich in 1958 op het toppunt van zijn roem. In Hollywood had hij een dusdanige status bereikt dat hem geen strobreed in de weg werd gelegd bij de uitvoering van zijn ideeën.  In technisch opzicht is Vertigo een ijzersterke film met fraaie vondsten en innovatieve camerastandpunten en -bewegingen.  De bekendste en meest opmerkelijke daarvan is de geslaagde verbeelding van het begrip uit de titel dat duizeling betekent.  Hitchcock ontdekte dat je door tegelijkertijd de camera weg te trekken en in te zoomen een bizar visueel effect kon creëren dat uitstekend voor Vertigo  dienst deed.  In het subjectief weergeven van de beroerte van Joan Fontaine in Rebecca (1940) waren Hitchcock en zijn cameraman er niet in geslaagd een passende cameratruc te bedenken.  Achttien jaar later lukte het hem wel om het beeld van een trapgat een zuigende werking te verlenen waardoor het de toeschouwer net zo duizelt als de hoogte vrezende Scottie.  Sinds de introductie van de vondst maakte menig navolger er dankbaar gebruik van zoals Hitchcock-adept Brian De PalmaObsession is zo goed als een remake van Vertigo  – en horrorspecialist Wes Craven. 

Hitchcockiaans verhaal

De inhoud van Vertigo  is al even verbazingwekkend als zijn bewonderenswaardige technische aspecten.  Aanvankelijk lijkt Vertigo een conventionele detectivefilm met een mogelijk bovennatuurlijke draai te zijn.  De hoogblonde Madeleine – Kim Novak – wordt door Scottie geschaduwd.  Ze is geobsedeerd of misschien zelfs bezeten door een dode voorouder die zichzelf van het leven beroofde.  Wanneer de geschiedenis zich herhaalt valt Ferguson ten prooi aan een vergelijkbare obsessie.  Hij ontmoet een vrouw die hem sterk aan de overleden echtgenote doet denken.  Alleen heeft Judy – opnieuw Kim Novak – nu donker haar.  Op een uitermate perverse manier dwingt Scottie haar vervolgens in het keurslijf van de dode Madeleine.

In een interview met François Truffaut stelde Hitchcock – gortdroog en tongue-in-cheeck – dat Ferguson eigenlijk naar bed wil met een dode vrouw en dus toegeeft aan necrofiele neigingen. Sinds Hitchcock’s dood in 1980 wordt Fergusons gedrag door analitici vooral herleid naar dat van de regisseur zelf.  Steeds opnieuw was hij op zoek naar de juiste heldin en als zijn ijzige blondines niet aan zijn streven naar perfectie beantwoordden boden kleding, make-up en een kappersbeurt uitkomst.  Bij Vertigo  leidde Hitchcock’s eigen obsessieve voorkeur aanvankelijk tot flinke aanvaringen met Kim Novak, maar eenmaal ‘overstag’ werd ze een van zijn meest gedenkwaardige blondines.

James Stewart, de Hollywoodster die in zijn meeste films de oergezonde, ongecompliceerde Amerikaan incarneert, wordt in zijn vierde film voor Hitchcock getransformeerd tot een neurotische, bezeten held.  Hij is de meest tragische variante op de klassieke Hitchcockiaanse onschuldige die verstrikt geraakt in hachelijke situaties, in een complot dat zijn petje te boven gaat.  Door zijn ijver richt hij zichzelf te gronde en vernietigt hij zonder het te beseffen ook het leven van anderen.

Alle thema’s en obsessies van Hitchcock zitten in Vertigo  verwerkt en komen tot een sublieme synthese: het thema van de tweede kans, van de verdubbeling, van de overdracht van schuld, en vooral, het aangrijpenste van alles, het therapeutische thema: een traumatische ervaring wordt ongedaan gemaakt door een nieuwe en nog sterkere schok. Als Scottie op het einde van Vertigo de trappen van de klokkentoren afdaalt is hij in zijn gevoelsleven zo gemanipuleerd geweest dat hij nog weinig illusies overhoudt, maar wonder boven wonder, hij is van zijn hoogtevrees verlost.

In de openingsbeelden bengelt Ferguson aan de rand van een dak. De hele verdere film stort hij naar beneden, verliest hij zich in een diabolische intrige en probeert hij zijn evenwicht te bewaren. Het motief van de spiraal beheerst zowel de overkoepelende structuur van de film als de camerastijl en de geringste details. Als Scottie door de straten van San Francisco rijdt is het alsof hij steeds dieper wegzakt in een eindeloze spiraal. Het bijzonderste detail aan de vrouw die hij schaduwt is de kleine spiraal van een krulletje op haar achterhoofd.

Behalve enkele technische hoogstandjes is Vertigo , meer dan welke Hitchcockfilm ook, belangrijk door alle ‘kleine’ scènes tussen de visuele hoogtepunten en opzichtig virtuoze beelden.  Het is een film waarin ‘dode tijden’ een ongelooflijke intensiteit verwerven, en waarin elk beeld een rechthoek geladen met spanning is.  Vertigo  is een buitenbeentje in het oeuvre van de meester van suspens. Spanning, actie en angst worden geofferd aan de karaktertekening en aan een pijnlijke maar onweerstaanbaar fascinerende studie van een morbide, zelfs necrofiele obsessie. Met een ongewoon verhaal, dat via voyeurisme in een allesoverheersende seksuele obsessie uitmondt en dat op een ongekende brute en abrupte wijze eindigt, was Vertigo zijn tijd ver vooruit. Wellicht was het dan ook passend dat uitgerekend deze Hitchcock in een gerestaureerde versie verscheen.

Restauratie

Robert Harris en James Katz werkten twee jaar lang aan de restauratie van Hitchcock’s Vertigo .  Zij waren eerder al verantwoordelijk voor het herstel van Lawrence of Arabia, Spartacus en My fair lady. Volgens hen was het opknappen van Vertigo geen makkelijke klus: de negatieven waren gedeeltelijk gekrompen en onvolledig, de kleuren volkomen vervaagd en de band met geluidseffecten was geheel verdwenen.  Wel intact waren de oorspronkelijke opnamen van de muziek. Bernard Herrmanns prachtige muziek is nu omgezet naar een zeskanaals digitale geluidsmix die mooier klinkt dan dat het origineel kan hebben geklonken.  Deze aanpak geeft al aan dat het de restaurateurs er niet om te doen was de film in zijn oorspronkelijke staat te herstellen.  Ze wilden een vertigo maken die de concurrentie aankon met de hedendaagse films. Voor het herstel van de kleuren gebruikten ze nog zo veel mogelijk de beter geconserveerde originele kostuums als leidraad, maar het geluidsdecor is geheel van deze tijd.  Amerikaanse puristen veroordeelden de aanpak.  Niet alleen zou het geluid niet deugen, ook de beeldresolutie en de donker-lichtverhouding werd bekritiseerd.  Nagaan hoe groot de verschillen zijn tussen de oorspronkelijke en de gerestaureede versie is echter onmogelijk.  Voorstanders zien het anders: “Afgaande op de kennelijk onherstelbare schade aan een hotelscène, waarin Novak een cruciale flashback heeft, mogen we Universal, Katz en Harris dankbaar zijn voor het feit dat erger letsel is voorkomen.” 

Bespreking

Vertigo is een film die, naar huidige normen, tergend traag is opgebouwd.  De film begint met de langste en meest verbale ‘expositie’-scène uit de 54 films van de meester.  Een film waarin de mechanische plot totaal onwaarschijnlijk is en ongerijmd voor wie er achteraf over nadenkt.  Een mysteriefilm ook, waarin Hitchcock een half  uur voor het einde de grote onthulling al prijsgeeft. Vertigo  is de meest emotionele, tegelijk de meest romantische en de meest cynische van alle Hitchcockfilms.  Heeft Hitch ooit iets wonderlijkers gefilmd dan gewoon Jimmy Stewart die een half uur lang Kim Novak schaduwt in San Francisco? Is er in zijn oeuvre een ongelofelijker moment dan de eerste ontmoeting van Stewart en Novak in het wijnrode restaurant, waarbij we door de precieze camerabeweging, blikrichting en montage onmiddellijk voelen dat de protagonist reddeloos verloren is?

Vast staat dat we volop kunnen genieten van een absoluut meesterwerk, weer tot leven gewekt.

                                                                           Nico Krols, medewerker KFL-Antwerpen