Lily Franky, Sakura Ando, Kirin Kiki, Mayu Matsuoka, Yôko Moriguchi
Cinematografie
Ryuto Kondo
Montage
Hirokazu Kore-Eda
Muziek
Haruomi Hosono
Prijzen
Cannes 2018: Gouden Palm en diverse andere nominaties en prijzen
Filmduur
120 min
De meest ontwapenende bandieten
‘Wat in een winkel ligt, is nog van niemand.’ De Gele Hesjes kunnen inspiratie opdoen in ‘Shoplifters’, dat wellicht de meest ontwapenende bende kruimeldieven toont sinds De boefjes. Winkelruiten sneuvelen er niet; hooguit worden er enkele potten noedels ontvreemd. Het stelen lijkt nog het meest op goochelarij.
Voor de Japanse regisseur Hirokazu Kore-Eda is ‘Shoplifters’ een terugkeer naar zijn grote vorm van ‘Nobody Knows’. Hij is een uitmuntend scenarist, maar ook een prima monteur, die zijn eigen tempo weet op te leggen aan de kijker. Hij bespeelt je emoties, maar met een delicaat gevoel voor humor.
Kore-Eda heeft het altijd over families, zij het dat het gezin dit keer niet gebonden is door DNA. Het verhaal vangt aan wanneer een man een klein meisje buiten in de kou ziet zitten op een balkon. Hij neemt haar op in zijn gezin, zoals hij jaren eerder al een jongetje uit een auto heeft meegepikt. Het is kidnapping, maar dan uit mededogen. Of is het uit eigenbelang? Het jongetje is intussen immers opgeleid tot zijn handlanger in de kleinere misdaad. ‘Alleen kinderen die niet thuis kunnen studeren, gaan naar school.’
Het meisje van een jaar of zes wordt met open armen ontvangen door een moederfiguur, een stripster en een omaatje. Wanneer dat laatste sterft, dient er zich een opportuniteit aan met pensioenoplichterij.
Waar Kore-Eda het eigenlijk over heeft, laat hij buiten beeld: dat gezinnen vaak wel een bloedband hebben, maar niet per se veel liefde of vreugde. Niet dat deze mensen zo te koop lopen met hun emoties. Alleen fluisterend, wanneer niemand het hoort, uiten we onze diepste gevoelens.
Shoplifters is een verfijnd drama van grote menselijke kracht, dat je diep kan ontroeren. Het is een warme film die je eraan herinnert wat het betekent om een goed mens te zijn. Er zijn tijden waarin dat deugd doet.
Jeroen Struys in De Standaard/DS2, dinsdag 11 december 2018, p. 7