FilmMagie-logo-white

Meisje

(2002,
België – Nederland)
(2002,
België – Nederland)
07 oktober 2003

Regisseur

Dorothée van den Berghe

Producer

Jan Declerq, Dominique Janne, Alexander Vandeputte

Scenario

Acteurs

Charlotte vanden Eynde (Muriel), Els Dottermans (Laura), Frieda Pittoors (Martha), Matthias Schoenars (Oscar), Wim Opbrouck (Alain)

Cinematografie

Jan Vancaillie

Montage

Menno Boerema

Muziek

Daan, Dirk Bombey

Prijzen

Filmduur

93 min

SYNOPSIS

Vier meisjes – hoe jong of oud ook – zijn stuk voor stuk laatbloeiers. Muriel (Charlotte Van den Eynde) is twintig, maar een schuchtere laatbloeier als ze van haar geboortedorp naar Brussel trekt. Haar moeder Martha (Frieda Pittoors) vindt door de leemte die het verdwijnen van haar dochter creëert, op haar 56ste haar jeugd terug. Een kus van haar jeugdliefde zorgt ervoor dat ze weer meisjesachtig voor de spiegel gaat staan. De levenslustige vrijgezellin Laura (Els Dottermans) is 37 en wil te graag een meisje blijven, wat haar met een chaotisch liefdesleven en een onvervulde kinderwens opzadelt. Zelfs Laura’s bejaarde moeder (Alice Toen) doet nog meisjesachtig.

SCENARIO

Een genuanceerd scenario over echte gevoelens en echte mensen, sterke acteurs, natuurlijke dialogen en een regisseur met wat stijl. Er zijn geen mirakels nodig om een Vlaamse film te doen slagen. Het ziet er zelfs bedrieglijk eenvoudig uit, als je naar Meisje kijkt. De kracht van Meisje schuilt in de juiste dosering. Het verhaal over drie vrouwen in de kering schildert grote, maar veelal ingetogen emoties, zonder daarvoor schokkende plotwendingen nodig te hebben. Drama en komische kanttekeningen houden elkaar in evenwicht.

Het is vooral van het scenario dat Meisje het moet hebben. Visuele praal komt er weinig aan te pas. “Sommige onderwerpen laten gewoon geen plaats over om te tonen hoe goed je wel kan filmen“, zegt Van den Berghe. “Die vaststelling frustreert me wel een beetje omdat ik zo bezeten ben van het visuele aspect. Ik heb aan de academie gestudeerd: deze film heb ik op voorhand scène per scène uitgetekend met de juiste perspectieven en camerastandpunten, ik maak er mensen gek mee. (lacht) En dan sta je uiteindelijk op de set, en besef je opeens dat het er niet altijd zo veel toe doet of dat virtuoze shot er nu in zit of niet, het is belangrijker dat de acteurs op dreef zijn en dat je het verhaal goed verteld krijgt. Misschien is het wel een correctie op mijn vorige films (bekroonde kortfilms en tv-films, red.) waarin ik te veel met het beeld en te weinig met de acteurs bezig was. Voor Meisje heb ik drie maanden voor de eerste draaidag de acteurs bijeengeroepen, om wat te repeteren en het scenario te bespreken. Dat heeft de film veel geholpen, maar het betekent ook dat de acteurs een beetje met het verhaal gaan lopen en dat het visuele aspect minder opvalt.”

“Ik bekijk hetzelfde thema graag uit verschillende invalshoeken,” vervolgt Dorothée, “liever dan één lineair verhaal te vertellen. Mijn scenario is ontstaan met de slotscène, waarin een moeder en een dochter met een moeilijke relatie door omstandigheden gedwongen worden een bed te delen, en voor het eerst in jaren echt close zijn. Om het verhaal rijper te maken, heb ik er Laura bij verzonnen. Ik ben zelf 33 en zou graag kinderen hebben. Ik ben minder chaotisch dan Laura, maar ik ken wel veel vrouwen van die leeftijd van wie de levens alle kanten tegelijk uitschieten. En met Laura’s moeder in een kleine rol erbij kon ik een moeder-dochterrelatie tonen die veel meer open is.

REGIE EN VERTOLKING

Scenariste en regisseur Dorothée Van den Berghe heeft al een goed gevulde prijzenkast met festival bekroningen voor haar kortfilms Bekentenissen, Rue Verte en Bxl-minuit.
Met haar langspeelfilmdebuut
 stapte ze langs de grote poort — twee prijzen op het festival van Locarno — de filmwereld binnen.

De acteurs — vooral actrices — blinken uit zonder met hun talent te koketteren, zoals in recente Vlaamse succesfilms nog wel eens gebeurde: Els Dottermans en Frieda Pittoors zijn uitstekend, Charlotte Vanden Eynde als het meisje Muriel zonder meer een openbaring. Zij is een danseres uit de school van Anne Teresa De Keersmaeker, zonder enige filmervaring. Voor Dorothée Van den Berghe een berekend risico: “Het is normaal dat jonge mensen nog geen curriculum hebben, hé? Ik heb Charlotte vooral gekozen omdat ze eruitziet als een heel gewoon Vlaams meisje, maar met toch iets van een geheim onder de oppervlakte. Ze heeft de schuchterheid die ik nodig had. Bovendien is ze als danseres heel lichamelijk. Ik heb haar bewust enkele keren laten dansen in de film. Schuchtere mensen zijn vaak fysiek zeer expressie!: Omdat ze geen acteerervaring had, hebben we wel extra tijd moeten steken in repeteren. Maar de authenticiteit die we daarvoor in de plaats kregen, is het meer dan waard. En ze heeft gewoon heel veel talent.

De Brusselse Beurswijk is een levend, maar niet overdreven pittoresk decor. De details zijn geloofwaardig: het liedje dat Laura (Dottermans) zo graag op cd wil laten uitbrengen, is banaal en niet zuiver gezongen — maar niet banaler of valser dan veel dingen die we écht op de radio horen. Hoe smaakvol Meisje gemaakt is, blijkt vooral uit de moeilijkste scènes. Het prachtige slot met moeder en dochter, troostende armen in één bed; of Muriel, masturberend in een zetel, door de camera betrapt in alle intimiteit en toch nooit scabreus. En wie erin slaagt een bejaarde, vrij corpulente actrice (Alice Toen) poedelnaakt in beeld te brengen en toch volledig haar waardigheid te laten bewaren, heeft klasse.

BRON: Steven De Foer in De Standaard – 04 09 2002

Nico Krols, medewerker FilmMagie-Antwerpen

Zie ook Film & Televisie nummer 524