Regisseur
Producer
Scenario
Acteurs
Cinematografie
Montage
Muziek
Prijzen
Filmduur
Leave No Traces: gepassioneerd, tragisch relevant politiek drama
Hoewel de tweede speelfilm van Jan P. Matuszyński zich afspeelt in het Polen van de jaren tachtig, is de historische context opzettelijk beperkt, waardoor de universaliteit van de thema’s wordt benadrukt: staatsgeweld, doofpotaffaires, meedogenloze zondebokvorming en dodelijke familiedilemma’s.
Als directe vertaling van het Poolse Żeby nie było śladów, heeft de titel van Jan P. Matuszyński’s tweede dramatische film (na het schitterende The Last Family uit 2016) een dubbele betekenis: die van iets zo volledig toedekken dat alle bewijs dat het ooit heeft plaatsgevonden wordt uitgewist, en die van het niet achterlaten van identificeerbare fysieke sporen bij het toedienen van een ernstig pak slaag, waardoor het onmogelijk wordt fatale verwondingen toe te schrijven aan vuisten, laarzen en wapenstokken.
Het slachtoffer in dit geval was de tienerstudent Grzegorz Przemyk (Mateusz Górski), wiens spontane publieke uiting van euforie na de examenuitslag op 12 mei 1983 door de milities verkeerd werd ingeschat als potentieel oproerig gedrag op een moment van grote gevoeligheid (de staat van beleg, die vijftien maanden eerder op controversiële wijze was ingesteld, werd geleidelijk afgebouwd). Daarvoor werd hij gearresteerd en vervolgens doodgeslagen. De autoriteiten probeerden dit te bagatelliseren, maar aangezien Przemyks moeder Barbara Sadowska (Sandra Korzeniak) een prominente pro-Solidariteitsdichteres was, schoten de samenzweringstheorieën als paddestoelen uit de grond, en Przemyks begrafenis trok 20.000 rouwenden en de directe betrokkenheid van de met Solidariteit sympathiserende priester Jerzy Popiełuszko (Adam Bobik), die het jaar daarop zelf in opdracht van de autoriteiten zou worden vermoord.
Uit angst voor een PR-ramp op een politiek gevoelig moment, zette de regering, tot en met haar toenmalige leider generaal Wojciech Jaruzelski (Tomasz Dedek), een uitgebreide doofpotoperatie op touw, waarbij de militie (ijverig verdedigd door de beruchte harde minister van Binnenlandse Zaken Czesław Kieszczak) volledig wordt vrijgesproken. Iedereen die met de gebeurtenissen te maken heeft, hoe zwak ook, dreigt tot zondebok te worden gemaakt – inclusief de families van de “verdachten”. De autoriteiten zijn er ook erg op gebrand de enige directe getuige te vinden, Przemyks vriend Jurek Popiel (Tomasz Ziętek), die begrijpelijkerwijs probeert zelf geen sporen na te laten.
Hoewel de film zich duidelijk afspeelt in het Polen van begin jaren tachtig (cinematograaf Kacper Fertacz en productieontwerper Paweł Jarzębski geven de voorkeur aan voor die periode kenmerkende grijzen en bruinen), biedt de film weinig historische context, waarschijnlijk omdat Matuszyński de universaliteit van zijn thema wilde benadrukken. Maar in tegenstelling tot veel Poolse historische drama’s die voorkennis van het publiek veronderstellen, is Leave No Traces prijzenswaardig makkelijk te volgen, ondanks het veelzijdige verhaal en de overvloed aan personages. (…)
Ondanks zijn relatieve onervarenheid behandelt Matuszyński de grootschalige productiesets met aplomb en is hij niet laks in het opdrijven van de suspense: de hele Jurek Popiel-subplot komt rechtstreeks uit een Hitchcock “wrong man”-scenario. Het scherpe oog voor vreemde familiedynamieken dat Matuszyński in zijn eerdere film liet zien is ook duidelijk aanwezig, waarbij de relatie tussen Jurek en zijn vader Tadeusz steeds belangrijker wordt (Tadeusz is een ogenschijnlijk loyale communist die heen en weer geslingerd wordt tussen de tegenstrijdige eisen van de staat en zijn instinctieve verlangen om zijn zoon te beschermen).
Naar eigen zeggen is Matuszyński sterk beïnvloed door Michael Mann’s The Insider (1999), waarmee Leave No Traces zowel een lange speelduur als een fascinatie deelt voor de complexe mechanismen waarmee machtige organisaties kunnen samenspannen om de waarheid te onderdrukken, zelfs als het bewijsmateriaal duidelijk niet in hun voordeel is. Hoewel Matuszyński en scenarioschrijfster Kaja Krawczyk-Wnuk uitgaan van het gelijknamige non-fictieverslag van journalist Cezary Łazarewicz uit 2017, houden ze zich niet strikt aan de feiten. “Jurek Popiel” is een fictief amalgaam van twee echte getuigen van de moord op Przemyk. Geen van beiden wilde dat hun naam opnieuw in de publiciteit kwam – maar de weergave van de doofpot van de overheid, de veroordeling van onschuldigen en het gebrek aan verantwoordelijkheid voor de schuldigen (in sommige gevallen tot op de dag van vandaag) is in grote lijnen accuraat, en het gevoel van blijvende en aanhoudende verontwaardiging in de film is voelbaar.
Michael Brooke in Sight & Sound, 13 juli 2022 (ingekort en vertaald)
Wil je geen vertoning van FilmMagie missen?
Schrijf je in op onze nieuwsbrief!