Dogma
Met de romantische komedie Italian for beginners heeft de Dogma-beweging opnieuw een groepsportret afgeleverd, niet één dat ontregelt, zoals een aantal voorgangers probeerde, maar één dat de kijker wil plezieren.
Dogma 95 houdt op zijn minst één paradox in. Want wat was de bedoeling ook alweer? Filmmakers meer vrijheid bieden door regels op te leggen? Wat moet je dan met een komedie, een genre dat aan zoveel regels is gebonden? Het maken van een romantische komedie zou eigenlijk verboden moeten zijn volgens de regels van Dogma (‘gij zult geen genrefilms maken’). Regisseur Lone Scherfig besloot anders. De inmiddels internationale stroming die enerzijds strikte regels instelt om de cinematografie te redden uit Amerikaanse klauwen, maar anderzijds de vrijheid hoog in het vaandel heeft, laat steeds meer de teugels vieren. Erg is dat niet, als het maar goede films oplevert. italian for beginners balanceert in al zijn lieflijkheid en medemenselijkheid op het randje van de zoetsappigheid. De realistische aanpak zowel in beeld als in karakterisering van personages zorgt voor een evenwicht. Dogma als leverancier voor escapistisch genot? Waarom niet? Het sterkste punt van Dogma blijkt eens te meer het acteerwerk te zijn. Net zoals the idiots, festen, mifune’s last song en the king is alive is Italian for beginners een groepsportret, de meest voor de hand liggende vorm gezien de technische beperkingen. Het huiselijk leed van een aantal mensen die tot elkaar veroordeeld zijn wordt ook nu weer verbeeld door een naturel acterend ensemble. Als zelfstandige film is het een fijne komedie, als onderdeel van de Dogma-stroming is er echter weinig nieuws onder de zon: Dogma als regressieve stroming.
Venetië
Italian for beginners blijft lange tijd trouw aan zijn locaties: een hotel, een kerk, een eetcafé en een leslokaal ergens in een buitenwijk. Op laatstgenoemde plek volgt een aantal eenzame dertigers Italiaanse les, niet zozeer uit praktische overwegingen, maar om iets om handen te hebben en weg te kunnen dromen. Niemand is ooit in Italië geweest, alleen de predikant is “bijna gegaan”. De cursus blijkt een substituut voor een beter leven. “Ben je getrouwd?” wordt er gevraagd aan een van de vrouwen. “Nee, maar ik zit op Italiaanse les.” De meeste deelnemers, zoals een onhandige broodverkoopster en een impotente hotelmanager, zitten ver uit elkaar op ongemakkelijke stoeltjes, alleen drie opgedirkte vrouwen zijn zichtbaar in hun element tijdens hun geflirt met de flamboyante leraar Marcello. Totdat deze dood neervalt op de grijze vloer en het lokaal ineens akelig kil wordt. Zelfs na zijn begrafenis blijven de leerlingen naar dit lokaaltje komen, ook al is er geen leraar die hen vertelt hoe je een tweepersoonsbed met uitzicht op Venetië reserveert. Triest is hun hunkering naar een beetje zon allerminst: iets proberen is altijd beter dan het bij voorbaat opgeven.
Een inhoudelijke breuk vindt plaats als de personages zich daadwerkelijk richting Venetië bewegen. De romantische verwikkelingen tussen de hoofdpersonen vinden hier hun beslag, maar zodra hun dromen werkelijkheid worden verdwijnt de diepte enigszins uit de film. Italian for beginners is op zijn best in het verbeelden van klein leed, en als Lone Scherfig, die nergens op de film vermeld staat als regisseur, zich concentreert op kleine misverstanden en ogenschijnlijk onbelangrijke toevalligheden. De dood is ook alom tegenwoordig, maar deze wordt altijd op een luchtige manier behandeld. Bijna iedereen wordt geconfronteerd met een sterfgeval, zo vaak dat het aan lopende-bandwerk doet denken.
Aangepaste versie van Mariska Graveland in DeFilmkrant.
Nico Krols, medewerker kfl antwerpen