Rebecca Liljeberg, Alexandra Dahlström, Erica Carlson, Mathias Rust
Cinematografie
Ulf Brantås
Montage
Michal Leszczylowski en Bernhard Winkler
Muziek
Prijzen
Filmduur
89 min
Opstandigheid, lust en gelatenheid
Het verhaal
Agnes is tot over haar oren verliefd op Elin, een meisje uit haar klas. Thuis durft ze het haar ouders niet te vertellen, en ook op school kan ze omwille van de plagerige meisjes en de onbehouwen jongens maar beter haar gevoelens voor zich houden. Enkel aan een computer durft ze haar romantische liefdesgedichtjes toevertrouwen.
Agnes heeft nauwelijks vrienden en raakt geïsoleerd. Als ze zestien jaar wordt, komt er zelfs niemand op haar verjaardagsfeestje opdagen – op een kreupele, lelijke vriendin na, van wie ze eigenlijk schoon genoeg heeft. Ze vertelt haar ‘vriendin’ onomwonden de waarheid en trekt zich daarna op haar kamer terug. Dan komen, alsof het een godsgeschenk is, Elin en haar zus binnenvallen, niet omdat ze Agnes zo aardig zouden vinden, maar om eindelijk eens uit de bol te kunnen gaan in dat oersaaie fucking Åmål, dat godvergeten dorpje waar ze allen wonen. Ze willen raven en ze zijn wanhopig op zoek naar drugs.
De zussen hebben gehoord dat Agnes een pot zou zijn en ze willen wel eens testen of dat waar is. Afgrijzen en sensatie mengen zich wanneer Elin, omwille van een weddenschap, Agnes hartstochtelijk op de mond zoent. Gierend van het lachen rollen de zussen daarop naar buiten om alsnog naar één van de feestjes te gaan, waar ze zo snel mogelijk dronken zullen worden. Wat moet je anders in Åmål?
Maar de dag erna brandt de kus van Agnes nog op Elins lippen…
Scenario en regie
Fucking Åmål is een zuurzoete tragikomedie. Pijnlijke situaties (een pathetische zelfmoordpoging met zelfgekozen Albinoni-muziek), bikkelharde confrontaties (tieners die elkaar verrot schelden, maar dat al even snel lijken te vergeten) en schrijnende conflicten (tussen goedmenende, maar hulpeloze ouders en hun ontevreden kinderen) worden afgewisseld met hilarische situaties. Zo proberen de jongens, in een soort omgekeerde peniscompetitie, elkaar voortdurend te imponeren met wie nu eigenlijk de kleinste gsm heeft. En zo is er dat andere telefoonmoment waarin Elin haar vriendje Johan, die zich nota bene in de kamer ernaast bevindt, de bons geeft via een gsm-boodschap.
De centrale vraag van Fucking Åmål is: hoe is het om zestien te worden? Veel staat in het teken van ‘de eerste keer’ en veel lijkt daardoor wel voor eeuwig te zullen bestaan: de eerste sigaret, de eerste brommer, de eerste keer dronken. En natuurlijk de eerste keer met iemand naar bed, want ‘iedereen’ doet het zogezegd al.
Regisseur Lukas Moodysson laat in Fucking Åmål pubers van vlees en bloed zien: grillig, hypocrietDe film ontaardt nergens tot plat tienervermaak, want achter de onbenullige oppervlakkigheden van de jongeren ligt telkens een diepere wijsheid verscholen. De regisseur wrijft het ons met een monkellach onder de neus: in de puberteit worden de kaarten voor de toekomst geschud. De keuzes die je dan maakt, lijken de rest van je leven te zullen bepalen.
Zo zullen ook Elin en Agnes vroeg of laat beslissingen moeten nemen, zeker als ze willen dat hun vriendschap kan blijven bestaan. Die nemen ze tenslotte ook, zij het slechts op het moment dat ze bang zijn en in het nauw gedreven worden; dan pas weten ze voldoende moed bij elkaar te schrapen.
Net als Agnes is ook Elin op zoek naar zichzelf. Ze heeft het gevoel dat ze niet is zoals de anderen en haar homoseksualiteit is voor haar niet veel meer dan een soort uitdrukking van dat anders zijn. Ze is vooral heel erg eenzaam. Uiteindelijk, wanneer de film eindigt, hebben Elin en Agnes hun seksuele bestemming nog niet echt gevonden. Maar ze hebben in ieder geval elkaar gevonden.
De film gaat dan ook meer over dat soort dingen dan over homoseksualiteit. Lukas Moodysson zelf zegt daarover: “Fucking Åmål gaat niet over homoseksualiteit. Ik ben geïnteresseerd in een soort poëtisch realisme, op voorwaarde dat het realisme op de eerste plaats komt. Ik haat het als de symboliek de bovenhand krijgt. Mijn film gaat dus wel degelijk over wat je op het scherm ziet. Je moet geen verborgen betekenissen zoeken.”