FilmMagie-logo-white

Ennio

(2021,
ITA BEL NLD JPN)
(2021,
ITA BEL NLD JPN)
28 maart 2023

Regisseur

Giuseppe Tornatore

Producer

Gabriele Costa, Peter De Maegd, Gianni Russo

Scenario

Giuseppe Tornatore

Acteurs

Ennio Morricone, Hans Zimmer, Clint Eastwood, Quentin Tarantino e.a.

Cinematografie

Giancarlo Leggeri, Fabio Zamarion

Montage

Massimo Quaglia

Muziek

Ennio Morricone

Prijzen

Filmduur

150 min

Van alle filmmakers die schatplichtig zijn aan de grote Ennio Morricone, zijn er maar weinig die dat zoveel zijn als Giuseppe Tornatore: Cinema Paradiso uit 1988 was om vele redenen een publiekslieveling, maar zou zonder Morricone’s romantische, nostalgische score met meer moeite een wereldhit zijn geworden. Tornatore werkte na die eerste samenwerking nog vele malen samen met de componist, en is goed gepositioneerd om de carrièreknaller Ennio te tekenen, die nauwelijks een jaar na Morricones dood verschijnt.

Gelukkig is de film meer dan een greatest-hitsoverzicht. Naast muziekwetenschap biedt de film echte betrokkenheid bij een gecompliceerd personage, aandoenlijk koppig en zelfingenomen, wiens inventiviteit zowel zijn gekozen vakgebied (“absolute” muziek) veranderde als het vakgebied waarin hij zich slechts met tegenzin begaf, filmmuziek.
De maestro zit een groot deel van de film op het scherm, alert achter zijn reusachtige bril, en vertelt verhalen over een carrière die hij heel anders voor ogen had – zelfs nadat hij zijn jongensambitie om dokter te worden had opgegeven. (Zijn vader, een professionele trompettist, stond erop dat de kleine Ennio hetzelfde pad zou volgen).

Morricone herinnert zich de vernedering van het spelen voor voedsel tijdens de bezetting van Italië in de Tweede Wereldoorlog. Zijn play-for-peanuts-ervaringen kunnen een zichtbaar spoor hebben achtergelaten, want toen hij aan een opleiding voor compositie begon, mocht de jongeman aanvankelijk alleen dansnummers schrijven. Morricone verlangde naar de goedkeuring van zijn mentor, de componist en leraar Goffredo Petrassi – hij herinnert zich nog steeds de cijfers die hij kreeg voor zijn opdrachten – en hij boekte vooruitgang in de academische arena en hielp uiteindelijk een avant-garde collectief te vormen, geïnspireerd door John Cage.

Maar hij deed ook altijd commercieel werk en bleef de hele nacht op om arrangementen te maken voor tv-programma’s die hem niet bij naam vermeldden. Dit leidde tot arrangementen voor popzangers, en Tornatore toont ons vele plezierige voorbeelden van wat Morricone’s tijdgenoten in interviews beschrijven. Waar eerdere arrangeurs simpelweg orkestpartijen schreven om de akkoorden van een nummer te volgen, vond hij iets nieuws uit, gaf de orkesten veel meer te doen, en voegde elementen toe waarvan geen enkele popproducent in die tijd had gedacht ze te gebruiken, van blikjes tot typemachines.
De korte, maar verrukkelijke tournee van de film langs deze popdeuntjes, verrijkt met interviews met Italiaanse sterren als Gianni Morandi, suggereert dat er alleen al over deze jaren een zeer plezierige film gemaakt zou kunnen worden (zij het een die een beperkter publiek aanspreekt). Maar dat is natuurlijk niet waarom we hier zijn. Het is tijd om te fluiten.

Morricone componeerde scores voor twee westerns onder een pseudoniem, omdat hij niet geassocieerd wilde worden met het genre, voordat hij samenwerkte met Sergio Leone. (De twee waren verrast om te beseffen dat ze klasgenoten waren geweest op de basisschool.) De regisseur nam hem mee naar een film van Kurosawa om uit te leggen wat hij in gedachten had, en de rest is spaghetti.
Wanneer het gaat over A Fistful of Dollars is dat het eerste van een aantal momenten waarop Morricone uitlegt hoe hij leende van zijn eigen werk, door een arrangement dat hij had gemaakt voor een country-song opnieuw te gebruiken. Zijn werk aan die film is ook een belangrijk voorbeeld van hoe hij voet bij stuk hield – hoewel niet het eerste, want we hebben al gehoord hoe hij zwoer dat hij zijn conservatorium zou verlaten als hij niet bij Petrassi mocht studeren. Toen Leone een Degüello uit een andere film wilde gebruiken in een belangrijke confrontatiescène, was Morricone zo beledigd dat hij dreigde ermee te stoppen. Leone trok zich toen terug.

Morricone zou enkele artistieke conflicten verliezen, maar het lijkt erop dat het vaak gelegenheden waren waarbij hij zijn eigen werk onderschatte. Toen hij Brian De Palma negen ideeën stuurde voor een overwinningsthema in The Untouchables, zei hij tegen de regisseur: “Kies alsjeblieft niet nummer zes.” Maar nummer zes zit in de film, en het is moeilijk een muziek te bedenken die de scène beter zou dienen. Hij weigerde aanvankelijk ook muziek te schrijven voor The Mission, met het argument dat de beelden van Roland Joffé zo mooi waren dat hij het alleen maar erger kon maken. (Nogmaals, Ennio: fout.)

Maar voor serieuze zelfspot moet je Morricone horen zeggen dat hij “melodie haat”. Andere geïnterviewde componisten (dozijnen, in de filmwereld en daarbuiten) zijn verbaasd over dit idee, afkomstig van iemand die zoveel memorabele melodieën heeft gemaakt. Maar er zijn maar zoveel manieren waarop tonen geordend kunnen worden, en Morricone zegt rustig: “Ik denk dat de melodische combinaties op zijn.” Maar goed dat hij zoveel andere compositiemiddelen had om mee te werken.

Terwijl de film zijn toenemende succes kroniekt en ontzagwekkende opmerkingen van bewonderaars verzamelt (onder wie Bernardo Bertolucci, Pat Metheny, Hans Zimmer en Bruce Springsteen), horen we zowel algemene muziektheoretische praatjes als een verrassend aantal specifieke anekdotes – hoe een gezongen protest in de straten een partituur beïnvloedde; hoe hij de letters B-A-C-H in een andere verwerkte. Voor filmliefhebbers zijn er plezierige verhalen over zijn werkervaringen met Terrence Malick, Oliver Stone, Dario Argento – maar helaas niet met Stanley Kubrick, die wilde dat Morricone A Clockwork Orange zou scoren. Blijkbaar torpedeerde Leone dat door tegen Kubrick te liegen; het was de enige klus waarvan Morricone spijt had dat hij die niet kreeg, zegt hij.

Wat een plezier om tijd door te brengen met een man die tot het einde toe op het hoogste niveau bleef werken en uiteindelijk de door hem begeerde Oscar won (voor The Hateful Eight) toen hij tegen de 90 liep. Ennio geeft je zin om tientallen films opnieuw te bekijken, meer films voor het eerst op te zoeken en het internet af te struinen naar Italiaanse popplaten die misschien nooit op ons grondgebied zijn uitgebracht. Godzijdank heeft Mario Morricone zijn zoon kunnen overhalen om geen medicijnen te gaan studeren.

John Defore in The Hollywood Reporter, 17 september 2021 (vertaald en ingekort).