Fascinerend familiedrama
De Belgische regisseur Joachim Lafosse wikt en weekt, registreert en engageert in ‘A perdre la raison’, een fictieve lezing van de affaire Lhermitte.
Dat Geneviève Lhermitte vijf jaar geleden haar vijf bloedeigen kinderen met een slagersmes de keel oversneed, weet u mogelijk nog. Dat de Nijvelse huisvrouw in het fel gemediatiseerde proces achteraf tot levenslang werd veroordeeld waarschijnlijk ook. Toch zijn het niet zozeer de verschillen of gelijkenissen die Joachim Lafosse in zijn fictieve dramatisering van de zaak Lhermitte het meest interesseren.
Wat telt, zijn pertinente vragen als: hoe is het zover kunnen komen? Wie speelde welke rol in deze tragedie? En vooral: waar ligt de grens tussen wanhoop en waanzin, depressie en obsessie, liefde en pathologische aanhankelijkheid?
Lafosse, die zich eerder een gewiekst analyticus van disfunctionele familiedynamieken toonde met Nue Propriéte en Elève Libre, herdoopt de drie antagonisten van de zaak Lhermitte tot Murielle (Dequenne), Mounir (Rahim) en dokter Pinget (Arestrup). Hoe de eerste twee verliefd worden op elkaar en ondanks de culturele verschillen met elkaar trouwen. Hoe dokter Pinget zich opwerpt als mentor, mecenas en huisgenoot van de familie. Maar ook: hoe Murielle langzaam wegzinkt in een depressie en Mounir er maar niet in slaagt zich als huisvader en kostwinner te ontvoogden.
Lafosse observeert, registreert en demonstreert op een chronologische en bewust schematische manier, maar dan zonder moraliserende vingertjes op te steken of het sentiment uit je oogkassen te rukken.
Wat in handen van een minder talent makkelijk een larmoyante familiesoap, of erger nog: je reinste exploitatie, had kunnen opleveren, blijft in Lafosse’s handen dan ook een fascinerende zedenstudie over de perfide psychologische processen die uiteindelijk tot een vijfvoudige kindermoord hebben geleid. Bovendien houdt Lafosse de finale slachtpartij wijselijk buiten beeld, al moet je al een gehard cynicus zijn om de slotscène – waarin Murielle als een moderne Medea haar kinderen één voor één bij zich roept – onbewogen te ondergaan.
Dat dit Lafosse’s meest toegankelijke en minst psychologiserende film tot nu toe is – ‘meer Cassavetes dan Haneke’ zoals hij zelf zegt – moet daarom met een korrel zout worden genomen, wat niet noodzakelijk als kritiek is bedoeld. Ook nu weet de Brusselse rasfilmer namelijk ontroering te koppelen aan reflectie en empathie aan (a)moralisme.
Dave Mestdach in Focus Knack 30 mei 2012
Ook in FilmMagie nr. 626